ButeoCam 2005 - het verhaal
Artikel Foto's Video's Grafieken

Inleiding
 NestBoomJongenLegbegin
2003AEs 3 4 april
2004AEs 4 5 april
2005AEs 3 11 april
2006BEls2onbekend
2007CEs 2 2 april
In 2005 kregen we de kans om een camera te plaatsen bij een buizerdnest en daarmee de mogelijkheid om meer inzicht te krijgen in het leven op zo’n nest en zo wat inzicht te krijgen in het dagritme en de voedselkeuze.


Het nest
Dit territorium is sinds 2003 door ons gevolgd maar was waarschijnlijk al minimaal één jaar eerder in gebruik. Het nest bevond zich op 12 meter hoogte in een es in een lange, smalle strook bomen. Op het stukje grasland onder en om de bomen liepen schapen. De omgeving bestaat aan de ene zijde uit een provinciale weg en een woonwijk en aan de andere zijde grasland met paarden (en veel molshopen).

Het nest hoorde in de periode 2003 – 2005 (nest A) tot onze absolute top: het zat alle drie de jaren bij de nesten met de meeste jongen en was in 2004 zelfs het énige (ons bekende) nest in de Hoeksche Waard met 4 jongen. Op foto’s van 2004 is te zien dat het in ieder geval toen om hetzelfde vrouwtje als in 2005 ging. In 2006 is het nest wel beklommen maar zijn de jongen niet geringd. In 2007 was het vrouwtje vervangen door een heel licht vrouwtje. Of dit in 2006 ook al zo was is niet met zekerheid te zeggen maar het is niet waarschijnlijk omdat het lichte vrouwtje dan zeker zou zijn opgevallen.


Methode
Omdat de ouders in de jongenfase minder verstoringsgevoelig zijn is de camera pas geplaatst toen er al jongen waren. Om de verstoring zo klein mogelijk te houden hebben we de camera en de bijbehorende PC in meerdere (zo kort mogelijke) sessies geplaatst, met elke keer enkele dagen ertussen. Om de paar dagen zijn we de beelden van de PC af gaan halen. Dat bleek maar goed ook want op opnamedag 21 begaf de harddisk het en de nog niet gekopieerde beelden waren verloren.


Techniek
Het nest bevond zich zoals gezegd in een es op 12 meter hoogte. En zoals bij de meeste buizerdnesten was ook deze nestboom niet uitgerust met een stopcontact en de 230V moest dan ook van ver komen (180 meter)! De beelden zijn opgenomen met een Sitecom IP-camera die helaas geen geluid doorgaf. De PC bleek uiteindelijk een te traag voor deze taak, waardoor de opgenomen beelden enigszins schokkerig zijn.


Analyse
De 20 opnamedagen leverden bijna 500 uur oftewel 16 GByte videobestanden op. De beelden waren door de camera automatisch opgedeeld in delen van ongeveer 11 tot 12 MByte. Alles bij elkaar ruim 1400 bestanden. De camera had geen nachtzicht: alles tussen zonsondergang en zonsopkomst hoefde dus niet te worden bekeken, maar dan bleef er nog ruim 350 uur over. En hoe leuk zo’n real-life soap ook is: al het ruwe materiaal real-time nakijken bleek ondoenlijk.

De geanalyseerde dagen zijn als volgt bekeken: alle filmpjes zijn met sprongetjes van ongeveer één minuut of iets minder bekeken. Één minuut lijkt heel kort op een buizerdleven maar het mannetje is bij het droppen van een prooi slechts enkele seconden op het nest: dit kon dus makkelijk worden gemist. Daarom is er ook nog opgelet of de jongen van plaats waren veranderd, zo ja, dan werd er teruggekeken waarom dat was gebeurd (meestal gewoon een sanitaire wandeling naar de nestrand). Het is echter mogelijk dat het een korte aanwezigheid onopgemerkt blijft.

Tijdens het bekijken van de videobestanden is elke keer een korte omschrijving van de gebeurtenissen toegevoegd aan de bestandsnaam. Van de lijst van bestandsnamen is weer een lijst afgeleid met gebeurtenissen zoals de aanwezigheid van een ouder of het aanbrengen van een prooi of een tak. De lijst van gebeurtenissen is automatisch geanalyseerd door een zelfgeschreven computerprogramma dat bijvoorbeeld de verblijfsduur van de oudervogels op het nest berekende en de verdeling over de dag.


Waarnemingen
Wat leverde al die beelden nu op? Van de 21 opnamedagen (10-30 juni, de jongen zijn dan 23-43 dagen oud) zijn 11 gehele dagen videomateriaal bekeken. Aanvankelijk leek het erop dat zowel het mannetje als het vrouwtje egaal bruine vogels waren die niet uit op basis van het uiterlijke uit elkaar waren te houden. Al gauw bleek echter dat het vrouwtje wel een onderscheidend uiterlijk kenmerk had: een lichte wenkbrauwstreep.
Overigens was het gedrag van mannetje en vrouwtje (zoals te verwachten) zeer verschillend: tijdens dagen waarvan het videomateriaal is bekeken was het vrouwtje 131 keer op het nest (11,9/dag), in het totaal ruim 2250 minuten, gemiddeld 17 minuut en 10 seconden per keer. De langste tijd dat het vrouwtje aaneengesloten op het nest aanwezig was is maar liefst 3,4 uur!

Het mannetje daarentegen was 78 keer op nest (7,1/dag), in het totaal maar 703 seconden oftewel gemiddeld: 9,0 sec per keer! Het mannetje bracht eigenlijk alleen maar prooien aan, stond dan heel even op het nest en verdween na enkele seconden weer. De enig keer dat het mannetje lang (42 sec.) op het nest verbleef was om een mol die was gevallen en aan de zijkant van het nest hing op te pakken en deze weer terug op het nest de leggen.

Het vrouwtje zorgde als enige voor het kapotscheuren en verdelen van de prooien, het afvoeren van prooiresten en het aanbrengen en schikken van groene en kale takken. De camera was gemonteerd in de boom naast de nestboom. Deze afstand en de matige kwaliteit van de beelden zorgden ervoor dat een fiks aantal prooi niet te determineren waren. In het totaal zijn 87 geteld maar het zijn er ongetwijfeld meer geweest: als het mannetje landde was er soms geen prooi te zien, maar het is aannemelijk dat er dan toch een prooi gedropt was. Deze mogelijk prooien zijn niet geteld. In het totaal zijn er 87 prooien gebracht (7,8/dag), waarvan: 40 mol(46%), 3 vogels (3%), 10 muizen (11%),1 kikker (1%) en 33 niet gedetermineerd (38%).

De mollen waren over het algemeen goed te herkennen, de vogels kwamen geplukt binnen en werden als vogel gedetermineerd op basis van de vorm van hun poten en hun grootte. Het mannetje bracht 66 prooien (85%), het vrouwtje bracht de resterende 21 (15%). Prooien werden niet alleen maar aangevoerd: het vrouwtje voerde ook regelmatig prooienresten af, namelijk 48 keer, vrijwel allemaal resten van mollen.

Het vrouwtje bracht veelvuldig groene takken naar het nest, soms wel 10 op een dag, 50 in het totaal. Het overgrote gedeelte van de takken werd in de ochtend aangesleept. In diverse literatuur is er sprake van dat groene takken zouden dienen als ongediertebestrijding of camouflage van het nest. Dit vrouwtje sleepte in totaal ook nog 7 kale takken naar het nest.

Zoals de grafieken laten zien worden er de gehele dag prooien aangevoerd waarbij er een beetje een middagpauze wordt gehouden tussen 2 en 4 ‘s middags om daarna weer toe te nemen tot een duidelijke piek rond 7 uur ‘s avonds. Voor het afvoeren ligt de avond piek wat later, namelijk van 21:00 tot 22:00. Het aanslepen van nieuwe takken gebeurd overduidelijk voornamelijk in de ochtend.

Één prooi voerde zichzelf af ! Gelijk de eerste dag al (10 juni, de jongen zijn 23 dagen oud) dropte het mannetje een prooi op het nest en vloog al snel weer weg. Één van de jongen mantelde een beetje om de prooi maar verloor al gauw zijn interesse en omdat moeders er nog niet was om de prooi kapot te scheuren en te verdelen werd de prooi dus met rust gelaten. Het springlevende jonge eendje,want dat bleek het te zijn, zag z’n kans schoon en verdween over de nestrand!

Op 12 en 13 juni regent het en het vrouwtje komt dan naar het nest om de jongen te beschutten tegen de regen. De jongen zijn dan al 25 en 26 dagen oud en ondertussen al fikse vogels, het duurt dan soms ook bijna 10 minuten schuifelen en duwen voordat alle 3 de jongen een plekje onder moeders vleugels hebben gevonden.


Conclusies
Beseffende dat dit maar één buizerdpaar is en dat andere paren in andere biotopen zich mogelijk heel anders zullen gedragen vielen er toch wel wat dingen op:
  • Prooien hebben ook wel eens een Lucky-day.
  • Ondanks dat een fiks aandeel van de prooien niet kon worden gedetermineerd valt toch wel de conclusie te trekken dat mollen een belangrijk aandeel vormen.
  • De afgevoerde prooiresten waren vrijwel allemaal resten van mollen. Bij het tellen van prooien op basis van op het nest gevonden prooiresten zal het aandeel mollen worden ondertelt, net zoals kleine prooien die in zijn geheel naar binnen gaan.
  • Mollen hebben ongetwijfeld een hele taaie huid: de jongen konden er zelf niets mee totdat moeders de mol had opengescheurd.
  • Over de gehele dag worden prooien aangevoerd: met een piek in de ochtend en naar 19:00 en een dip in de voormiddag.
  • Groene takken worden voornamelijk in de ochtend aangevoerd, soms zelfs 10 takken per dag.

Met dank aan…
Zonder de volgende personen had dit ‘avontuur’ niet mogelijk geweest, dus met dank aan:
Arjan Leeuwenburgh voor de strakke samenwerking bij het installeren en monteren van de camera en de PC.
Joost Vermaas meldde dat “daar een buizerd zat”.
Arie Bras van het Wegschap Dortse Kil voor de netspanning.
Dick van Houwelingen bouwde de speciale kast om de PC diefstalvrij in op te slaan.